VERT.ZOEKEN vs INDEX
Verticaal zoeken
Met de functie VERT.ZOEKEN()
kun je in een tabel of bereik zoeken naar een bepaalde waarde. Bijvoorbeeld op het personeelsnummer om de naam of leeftijd van een persoon te vinden.
wdt_ID | Personeelsnummer | Achternaam | Voornaam | Leeftijd | Woonplaats |
---|---|---|---|---|---|
1 | 1001 | de Vries | Jaap | 58 | Amsterdam |
2 | 1002 | Pieterse | Truus | 42 | Rotterdam |
3 | 1003 | Jansen | Klaas | 55 | Haarlem |
4 | 1004 | Klaasen | Jan | 45 | Medemblik |
5 | 1005 | Sopjes | Piet | 35 | Amsterdam |
De functie VERT.ZOEKEN()
werkt als volgt:
=VERT.ZOEKEN
(Zoekwaarde waar je naar wilt zoeken; het bereik waarin je wilt zoeken; het kolomnummer in het bereik dat de waarde bevat die je wilt retourneren; retourneert een niet-exacte overeenkomst , aangegeven als 1/WAAR of 0/ONWAAR).
Kopiëer bovenstaande tabel naar Excel en plak de tabel in bereik A1:E6.
Stel, we willen de leeftijd weten van Klaas Jansen met personeelsnummer 1004. In de cel waar we het antwoord willen hebben vullen we de volgende formule in: =VERT.ZOEKEN(1004;A2:E6;4;WAAR)
.
Hierin is:
- 1004 de zoekwaarde;
- A2:E6 het bereik waarin je wilt zoeken;
- 4 de kolom waarin de waarde staat die je wilt weten;
- WAAR geeft aan dat je een exacte overeenkomst wilt van de zoekwaarde.
Het nadeel van de functie VERT.ZOEKEN()
is dat je alleen rechts van de zoekwaarde kunt zoeken. Wil je het personeelsnummer vinden aan de hand van de achternaam, dan is dit met VERT.ZOEKEN()
niet mogelijk. Dit is wel mogelijk door de functie INDEX()
te combineren met de functie VERGELIJKEN()
.
INDEX()
De functie INDEX()
geeft als resultaat een waarde of de verwijzing naar een waarde vanuit een tabel of bereik.
De functie INDEX()
werkt als volgt:
=INDEX(
Bereik waarin je wilt zoeken; Rij_getal; Kolom_getal)
.
Stel, we willen weten wat het personeelsnummer is van Piet Sopjes. In de cel waar we het antwoord willen hebben vullen we de volgende formule in: =INDEX(A2:E6;5;1)
.
Hierin is:
- A2:E6 het bereik waarin we willen zoeken;
- 5 de rij waarin de waarde staat die je wilt weten;
- 1 de kolom waarin de waarde staat die je wilt weten.
Met de functie INDEX()
retourneert de waarde op het snijpunt van het rij- en kolom-getal.
Om het rij-getal te achterhalen kunnen we de functie VERGELIJKEN()
gebruiken. Deze functie retourneert de relatieve positie van het opgegeven bereik (in ons geval 5).
De functie VERGELIJKEN()
werkt als volgt:
=VERGELIJKEN(Zoekwaarde; Het bereik waarin je wilt zoeken; Criteriumtype_getal, -1, Minder dan, 0, Exacte overeenkomst, 1, Groter dan).
VERGELIJKEN()
Als we willen weten op welke rij de naam van Piet staat in opgegeven bereik vullen we de volgende formule in: =VERGELIJKEN("Piet";C2:C6;0)
.
Hierin is:
- Piet de waarde waarnaar we zoeken;
- C2:C6 het bereik waarin we zoeken;
- 0 het criteriumtype-getal, in dit geval willen we een exacte overeenkomst.
Het resultaat van bovenstaande formule = 5.
Als we alle functies gaan samenvoegen komen we tot de volgende geneste formule:
=INDEX(A2:A6;VERGELIJKEN("Piet";C2:C6;0))
Misschien valt het je op dat er geen kolom-getal staat ingevuld bij de functie INDEX(). Dat is in dit geval niet nodig, omdat het bereik uit slechts één kolom bestaat. Was het bereik als A2:B6 zijn gedefinieerd, dan hadden we wel een kolomnummer op moeten geven.
Mocht je er met bovenstaande uitleg niet helemaal uitkomen, hieronder kun je een voorbeeldbestand downloaden waarin alle functies zijn terug te vinden.
Dit delen:
- Klik om te delen met Twitter (Wordt in een nieuw venster geopend)
- Klik om te delen op Facebook (Wordt in een nieuw venster geopend)
- Zoeken
- Klik om dit te e-mailen naar een vriend (Wordt in een nieuw venster geopend)
- Klik om op LinkedIn te delen (Wordt in een nieuw venster geopend)
- Gebruiker (Wordt in een nieuw venster geopend)
- Front-end SEO-inspecteur (Wordt in een nieuw venster geopend)
- Statistieken (Wordt in een nieuw venster geopend)
- Meldingen (Wordt in een nieuw venster geopend)